Uitgespeeld
Levi Poons is een Joodse jongen die vooral graag voetbalt. Het begin van de oorlog belet hem niet om met zijn boezemvriend Roald iedere vrije minuut met een bal door te brengen. Dat verandert als hij erachter komt dat zijn vader contacten heeft in het verzet en er zelfs een onderduiker bij hen in huis komt. Doordat Roalds vader een fanatieke NSB-er is, zou je denken dat hun vriendschap onder vuur komt te liggen. Maar niets is minder waar. Zelfs als Harald, één van de verzetsvrienden van Levi’s vader, Levi voor Roald en zijn vader waarschuwt, verandert er ogenschijnlijk niets. Maar dan lijkt Harald zelf ook een dubbelrol te spelen. Hij blijkt een Duitse officier te zijn. Vanuit die rol probeert hij Joden uit handen van de Duitsers te houden. Of is het juist andersom en is het verzet een informatiebron om Joden op te sporen? De proef wordt op de som genomen als Levi ziet dat zijn ouders worden opgepakt en hij ineens alleen op de wereld is. Het is Harald die hem naar een onderduikadres brengt.
Vanaf dat moment komt Levi in een tombola van emoties terecht. Hij bouwt nieuwe vriendschappen op, voetbalt dat het een lieve lust is, maar voelt ook de angst en spanning dat onderduiken met zich meebrengt. Als het fout gaat en ze op het onderduikadres worden verrast, lijkt niemand meer te vertrouwen te zijn.
Levi komt in Westerbork terecht waar hij zijn moeder terugvindt, maar ook weer kwijtraakt. Als Roald daar opduikt als handlanger van de vijand, slaat de twijfel bij Levi toe. Dat blijkt ongegrond. Maar of Roald in staat is om de Joodse jongen de weg te besparen die zovele Joden wel zijn gegaan, is de vraag.
Uitgespeeld is een bijzonder oorlogsverhaal. Ondanks de tegenstrijdige belangen tussen verschillende personen is vriendschap de rode draad. Met alle emoties die daarbij horen.